Een op de vier bestuurders gebruikt de gsm achter het stuur , stelde Vias vorige week vast. Nochtans wéten we ondertussen dat het levensgevaarlijk is. Waarom kunnen we er niet gewoon afblijven? En leggen we dat ding dan niet beter in de koffer?
Lieve Van de Velde
28/05/2022 - 03:30
‘De verleiding is enorm. Je hoort een alert, maar je weet niet wat of van wie: is het superbelangrijk breaking nieuws of een stom berichtje dat de kat weer iets zots gedaan heeft?', bekent Michiel (33). Hij wil zijn familienaam niet in de krant omdat hij het toch geen goede reclame vindt voor zichzelf, als zelfstandige. ‘Zelf iets sturen? Ja, voor een rood licht of in de file durf ik dat wel. Het is een reflex, een automatisme.' Zou hij zijn toestel in de koffer stoppen? ‘Nee, nooit. Ik word al onrustig wanneer mijn telefoon ergens in mijn jas zit in plaats van in mijn broekzak. Ik denk dat er gedragstherapie aan te pas zal moeten komen om me er van af te helpen ( lacht ).' Nog zo iemand is Katie Van Hemelrijck (67): ‘Ik erger me wanneer ik auto's voor mij zie zwalpen omdat de bestuurder met zijn telefoon bezig is. Tegelijk wéét ik dat ik het zelf ook doe. Maar ik heb dan het pretentieuze idee dat ik mijn stuur beter onder controle heb en dat wat ik doe op mijn telefoon toch echt wel dringend is. Beschamend, ik weet het.'
Een lijntje coke
Het is sterker dan onszelf, lijkt het. En misschien is het ook wel zo? ‘De verleiding tot afleiding zit ingebakken in de smartphone. Van dat rode bolletje op Whatsapp tot die eindeloze scrollfunctie op Facebook', zegt digital detox mentor Christine Wittoeck. ‘Die hele technologie is gemaakt om onze aandacht te pakken, vast te houden en niet meer los te laten.'
Verslaving is misschien een groot woord, maar het komt in de buurt. Nomofobie (geïnspireerd op het Engelse No mobile phone phobia ) wordt het intussen genoemd, de angst om je smartphone niet in de buurt te hebben. Kris Baetens, professor biologische psychologie aan de VUB, neemt een snuif cocaïne als voorbeeld. ‘Als je nog nooit hebt gesnoven, reageert het beloningscentrum in je hersenen daar de eerste keer heel sterk op. Na een paar keer snuiven volstaan signalen die aankondigen dat de coke op komst is al om die positieve reactie op te wekken. Alleen al het zicht van dat lijntje bijvoorbeeld. Puur door associatie dus. Bij de smartphone is dat ook zo. Wie gevoelig is voor fomo ( fear of missing out, red ), of wie voortdurend nood heeft aan positieve feedback op socialemediaposts, voelt dat beloningscentrum al werken bij het horen van een alert, en bij uitbreiding zelfs al louter bij het zien van die smartphone. Het is een ketting van positieve bekrachtigers.'
Moet je per se een bericht naar je baas sturen om te zeggen dat je in de file zit? Zal hij dat niet vermoeden?
‘Een casino in je broekzak', noemt Mathias Celis, die aan de UGent doctoreert op nudging en gedragseconomie. ‘Een variabel beloningssysteem, noemen ze dat in de leerpsychologie. Net als bij een gokautomaat. Je blijft dus proberen, want je weet nooit of je een beloning zult krijgen of niet: een positieve boodschap of iets wat je onverschillig laat.' Hij haalt ook onze eeuwige nood aan afleiding aan. Om de een of andere reden gaan we er automatisch van uit dat onze tijd in de auto verloren tijd is. ‘We zullen altijd iets zoeken om de leegte die gepaard gaat met dat gevoel van verveling te vullen. Als de telefoon niet beschikbaar is, staren we misschien gewoon uit het raam.' Ha, ziedaar een beter idee.
Overtuigend?
Dus ja, in de koffer met dat ding dan maar? Het is een radicale oplossing, een beetje zoals de koekjesdoos wegstoppen als je wilt stoppen met snoepen. Je ziet geen alerts binnenkomen, maar je kunt wel nog handenvrij oproepen beantwoorden. De experts die we belden, twijfelen. Celis : ‘Het zal allicht helpen, maar het vraagt een enorme wilskracht.' En je ziet het zo al gebeuren: mensen leggen hun smartphone in de koffer en vergeten hem er dan uit te halen, waardoor de zin om hem de volgende keer in de koffer te leggen alweer weg is, want zo gaat dat met mensen.
Dat je de overtuiging in jezelf moet zoeken, zegt Wittoeck. ‘Je moet het echt willen, een eigen discipline ontwikkelen en een mentale switch maken. Veel mensen denken dat hun omgeving impliciet verwacht dat ze altijd bereikbaar en beschikbaar zijn, terwijl dat nooit expliciet is uitgesproken. Moet je per se een bericht naar je baas sturen om te zeggen dat je in de file zit? Zal hij dat niet vermoeden? Kan dat mailtje dat je voor het rode licht aan het tikken bent écht niet wachten?'
‘Ik zie ook heil in een vorm van commitment', tipt nudgingspecialist Reinout Van Zandycke. ‘Luidop beloven dat je voortaan de smartphone niet meer zult gebruiken in de auto, het met veel bravoure tegen je passagiers zeggen en het eventueel ook als challenge op sociale media zetten, zodat je je niet kunt permitteren om te falen.' Een beetje zoals Tournée Minerale.
Maar de technologie kan ook helpen om ons te bevrijden van de technologie. Steeds meer smartphones hebben een carmode optie, een automodus zeg maar, zodat de telefoon bij het detecteren van een bluetoothverbinding automatisch berichten en alerts blokkeert. Het systeem stuurt dan ook automatisch een berichtje genre: ‘nu niet schat, ik zit in de auto'. Wittoeck: ‘Bij een oudere smartphone kun je dat ook gewoon instellen door de vliegtuigmodus of een niet-storenoptie in te stellen.' Van Zandycke sluit zich daarbij aan: ‘Het is een typisch voorbeeld van nudging: het jezelf makkelijker maken door je gedrag te manipuleren. Al is het ook een beetje dubbel, want net de mensen die last hebben van fomo zullen nog onrustiger worden omdat ze niet weten wat er in hun telefoon aan het gebeuren is wanneer die niets meer doorlaat (lacht).’
Conclusie
Nog afgezien van het feit dat veel mensen hun smartphone gebruiken als gps en de koffer voor hen geen optie is, is het sowieso een wat laffe oplossing. Probeer de verslaving de duur van de rit te overwinnen. U zult trotser zijn op uzelf en het resultaat is duurzamer.