Een file is niet iets dat zomaar plompverloren door een of andere boze godheid op de weg wordt geplant. Wij zijn de file. Wij, die met al onze excuses en ingebakken ideeën richting file rijden. Hoe komt dat nu toch?
3/02/2023
Even een verhaaltje. Er was eens een vrouw die deze week een dagje vrij had. Tiens, dacht ze, is dit niet het moment om naar die Zweedse woonreus te gaan? Ze haatte het er op zaterdag, dus een blauwe woensdag leek haar een gestolen kansje. Zo gezegd, zo gedaan, en de vrouw liep relax te fluiten tussen de flatpacks en het rogge-knäckebröd. Om 17.22 uur rekende ze vlotjes en zonder aanschuiven af via de zelfscankassa, en een paar minuten later zat ze alweer in de auto richting Brussel. Of neen, eerst twijfelde ze nog even. Fout uur. Zou ze niet beter met een boek ergens in een gezellige baantaverne gaan zitten, een warme chocomelk erbij, en een paar uur weglezen? Want hey, dit was misschien wel laagtij voor de Grote Zweed, maar hoogtij voor De Grote File. Ze had het plan weggewuifd met aan ‘ach, het zal wel meevallen’.
Maar kijk. Een uur later zat ze te vloeken in de tunnels. En nog harder te vloeken omdat ze vooraf had geweten dat ze ging vloeken. Het shoppen minutieus getimed, de file laten slabakken. Laat het nu net dezelfde vrouw zijn die zich een week eerder afvroeg waarom toch al die mensen in hun auto kropen en allemaal als lemmingen naar datzelfde stroppunt reden in Merksem. Ondergetekende dus. Met een zweem van spot had ik ze weggehoond, die mensen die collectief in dat soort files terechtkwamen, de file die ze zelf hadden gemaakt.
Zoek uw fout
Intussen wist ik, want de vrouw in kwestie was ik, allicht, maar dat had u al wel even door, hoe ongefundeerd zo’n beslissing genomen wordt. Wanneer ik het aankaart bij gedragspsycholoog Mathias Celis (UGent) bevestigt hij dat via mail meteen met een aantal denkfouten die we maken wanneer we op zo’n moment in de auto stappen. De status quo bias bijvoorbeeld.
‘Mensen zijn nog steeds gewoontedieren. Niets aan te doen. We hebben de neiging om te blijven doen wat we altijd al hebben gedaan, omdat het comfortabel en veilig aanvoelt. Veel mensen hebben hun dagelijkse routine, en het gebruik van de auto is daar een belangrijk onderdeel van. Dat maakt het moeilijk om af te wijken van het gebruikelijke gedrag, zelfs als er gekende belemmeringen zijn, zoals monsterfiles. Zelfs al worden we ervoor gewaarschuwd op het nieuws en de radio.’
Mathias Celis (UGent)
Daarnaast hebben we volgens Celis ook vaak de idee dat we slimmer zijn dan de file. De zogenaamde overconfidence bias, zo noemt hij het.
‘Dat is de neiging om te denken dat we meer opties hebben dan we in werkelijkheid hebben, en daardoor zijn we keien in het maken van inschattingsfouten. We vinden onszelf allemaal betere bestuurders dan gemiddeld. Veel mensen denken dat ze hun GPS en de gemiddelde autobestuurder slimmer af kunnen zijn door een andere route te nemen of dat ze snel genoeg zullen zijn om aan de file te ontsnappen. Je krijgt een overschatting van de eigen capaciteiten en een onderschatting van de hoeveelheid tijd die nodig is om alternatieven te bereiken.’
Mathias Celis (UGent)
In de psychologie circuleert in dat verband ook het begrip zelfeffectiviteit. Hoe we onszelf zien als het wezen dat liefst alles onder controle heeft. Als chauffeur heb je letterlijk het stuur in handen, terwijl je bijvoorbeeld als treinpendelaar van veel meer factoren en mensen afhankelijk bent. En we maken kosten-batenanalyses die niet altijd correct zijn.
‘We wegen dan bijvoorbeeld de tijd die we kwijt zijn in de file af tegen de tijd die we zouden kwijt zijn aan openbaar vervoer of carpoolen, en komen zo tot de conclusie dat de auto toch de beste optie is.’
Mathias Celis (UGent)
We kijken enkel naar de kosten en baten die ons goed uitkomen. Terwijl we ook hadden kunnen inrekenen hoe we die tijd anders hadden kunnen besteden, bijvoorbeeld door te lezen op de trein. Of in een baantaverne bij een warme chocomelk, om even naar het begin van dit verhaaltje terug te keren.
Maar je ziet ook het omgekeerde. Celis heeft het dan over de confirmation bias.
‘We beginnen al snel met voor onszelf te rationaliseren waarom het, file of niet, toch een goed idee is om de wagen te nemen, met argumenten als “dan kan ik nog wat langer naar mijn podcast luisteren of luidkeels meezingen met de muziek, het is te koud voor de fiets”.’
Mathias Celis (UGent)
Een monster met duizend zieltjes
En zo zie je dan een file ontstaan. Intrigerend toch. Van buitenaf lijkt het bijna een gestructureerd systeem, een monster dat zich ineens in het midden van de weg heeft geposteerd. Terwijl het natuurlijk allemaal mensen zijn, zoals u en ik, die vanuit hun eigen logica en met hun eigen denkfouten en mentale mechanismen in de auto kruipen. En zo collectief in hun ongeluk lopen, zeg maar. Anderzijds: is dat wel zo? Dat van dat ongeluk? Misschien is zo’n file niet per definitie het slechtste moment van de dag? We zitten in een cocon, temperatuur geregeld, muziek, podcast of telefoonbabbel door de boxen. Wie zijn wij om te zeggen dat de file altijd lijden is voor wie erin zit? Wat we kunnen veroordelen, is de schade aan milieu en omgeving, maar niet het gevoel waarmee de filerijder achter dat al dan niet half opgevreten stuur zit.